Voor als je hulp nodig hebt of met vragen zit.
Home / verhalen / Het verhaal van Fleur
Fleur (23) werd op haar achttiende verkracht door een studiegenoot en gaf zichzelf de schuld.
‘Ik had het zó ontzettend leuk gehad tijdens een talencursus in Engeland dat ik er nog wat langer wilde studeren. Daarom keerde ik in september van dat jaar terug naar Oxford. De eerste avond ontmoette ik er een groepje Nederlanders. We bleven wat bij elkaar hangen en keken samen een film. Toen ik naar mijn gastgezin terug wilde gaan, liep een van de jongens met me mee. Ik had hem verteld over de feesten tijdens de zomer in het park en hij vroeg of ik met hem naar dat park wilde gaan. Ik moest de volgende dag vroeg op, dus zei nee. Ook op de vraag of hij me mocht zoenen, antwoordde ik ontkennend. Toch zoende hij me. Ik was totaal overrompeld, brak de kus af en dat leek hem boos te maken. Om hem kalm te krijgen, stelde ik voor om toch samen naar het park te gaan. Nadien heb ik daar nachtenlang van wakker gelegen: waarom ben ik tóch met hem naar dat park gegaan?
Er was geen feest gaande in het park, sterker nog: het was er totaal verlaten. Mijn studiegenoot zei dat ik niet bang hoefde te zijn, dat hij me zou beschermen. We gingen even zitten om naar de sterren te kijken. Op dat moment begon hij te praten over zijn jeugd. Over dat hij zijn moeder sloeg, geesten zag, en vaak agressief was. En dat hij zich bij mij veilig voelde – en dat terwijl we elkaar nog geen twaalf uur kenden. Voor mij werd de situatie steeds oncomfortabeler. Ik wist niet wat te zeggen, wilde eigenlijk alleen maar weg, maar ik durfde niet. Ondertussen kwam hij steeds dichter bij me zitten, en hij zoende me opnieuw. Ik zoende terug. Laat maar gaan, dacht ik, dan wordt hij in ieder geval niet boos.
Met of zonder
Ineens ging het razendsnel. Hij pakte me vast en probeerde mijn broek open te maken. Ik durfde geen nee te zeggen, maar zei wel: ik denk dat ik dit niet wil. Hij ging door en vroeg: met of zonder. Met, zei ik toen. Ik dacht als ik dan toch iets voor mezelf kan doen, dan maar met condoom. Hij deed met me wat hij wilde, verkrachtte me. Ik had pijn. Hij sloeg me, krabde me en trok aan mijn haren. Ik zei meerdere keren tegen hem dat ik dit niet wilde, dat ik naar huis wilde, me niet goed voelde. Maar hij ging door. Vanaf dat moment is het een zwart gat; hoe het is geëindigd weet ik niet meer. Toen hij klaar was sprong ik op, in een vlaag van energie. Hij heeft wat hij wilde, dacht ik, nu kan ik gaan. Ik pakte mijn spullen en ineens zat ik in de bus. Diezelfde nacht heb ik nog in een taxi gezeten, zag ik later op mijn bankrekening terug, dus ik ben ergens uit die bus gestapt en heb een taxi aangehouden, maar ik kan me dat niet meer herinneren. Geen idee hoe ik in die taxi terecht ben gekomen.
Eenmaal bij het gastgezin belde ik een vriendin in Nederland met de boodschap: er is iets fouts gebeurd, ik zei nee en hij deed het toch. Zij vroeg gelijk of ik was verkracht. Nee, zo erg was het niet, dacht ik. Een verkrachting gebeurt door een vreemde man die je van je fiets trekt en je mee de bosjes in sleurt. Dit was zó anders. Ja, dit was fout, maar was het een misdaad? Ik kon er op dat moment zo niet over denken. En: ik was toch zélf met hem meegegaan?
Hettie
Mijn vriendin liet me beloven dat ik de volgende ochtend gelijk met een docent zou gaan praten. En dat deed ik, ik sprak met Hettie. Zij was supertof. Haar allereerste reactie was erg belangrijk voor me. Ze zei: dankjewel dat je me dit vertelt, ik vind het heel erg voor je, en ik geloof je. Ze was heel stellig: dit is verkrachting. Maak het alsjeblieft niet kleiner, zei ze. Ze vertelde me dat ze het zelf ook ooit had meegemaakt. Haar reactie hielp me begrijpen wat er was gebeurd. Wat ook fijn was: ze nam tijdelijk mijn functioneren over, omdat ik zelf niet meer helder kon nadenken. Ze regelde alles, zorgde ervoor dat ik naar een dokter kon en een morning after pil kreeg. Zij was er, nam alle tijd voor me. Dat was zó fijn.
Hettie schakelde de zorgcoördinator van de school in en zij heeft vervolgens zonder mijn toestemming de directrice erbij gehaald. Die pakte alles een stuk minder fijn op. De directrice belde de politie en mijn ouders. Maar dat wilde ik helemaal niet. Ineens werden alle keuzes voor mij gemaakt, ik had nergens meer grip op. Hettie werd bij me weggehouden, terwijl ik haar aanwezigheid juist zo fijn vond. En: de directrice gaf aan dat het beter voor mijn veiligheid zou zijn dat ik van school ging, terwijl de jongen die me verkrachtte mocht blijven. Ik was ‘trouble’ en daar hadden ze waarschijnlijk geen zin in.
Aangifte
Ik deed aangifte in Oxford. De politieagenten waren gelukkig heel lief en behulpzaam, alhoewel het verhoor best wel traumatiserend was. Het duurde lang en ik moest tot in detail vertellen wat er was gebeurd. Het voelde alsof ik verantwoording moest afleggen voor iets waar ik geen schuld aan had. Gelukkig bleven de agenten me geruststellen. Dat ze dit wel móesten vragen, en dat het niet betekende dat ze mij niet geloofden. Dat hielp me om er doorheen te komen. Ongeveer negen maanden later kreeg ik te horen dat ze de zaak niet verder zouden oppakken. Er was te weinig bewijs; het was mijn woord tegen het zijne. Ik had nog aangifte kunnen doen in Nederland, maar ik had er geen vertrouwen in dat dat wél iets zou opleveren. Ik was bovendien bang dat het me nog meer zou traumatiseren.
Oorlog in mijn hoofd
Ik had al een therapeut vóór de verkrachting, en ook met deze gebeurtenis kon ik bij haar terecht. Ze was heel lief en heeft me geholpen in het contact met mijn ouders. Dat was namelijk erg ingewikkeld geworden. Ik was mezelf niet sinds de verkrachting, en zij begrepen me niet. Mijn vader snapte bijvoorbeeld maar niet waarom hij me ineens niet meer mocht knuffelen. Maar ik was een gepijnigd mens en doodsbang. Tegelijkertijd was ik totaal overrompeld door schaamte en schuldgevoel. Ik vond dat wat er was gebeurd mijn eigen schuld was. De dagelijkse dingen lukten me niet meer. Ik ging niet langer naar school, werd suïcidaal en heel depressief. Contact met mijn vrienden vermeed ik.
Ook had ik veel last van de reacties die ik kreeg. De mensen om me heen stelden me beschuldigende vragen en plaatsten vervelende opmerkingen: Eigen schuld, had je maar niet zo knap moeten zijn. Weet je zeker dat hij je heeft verkracht? Gelukkig was het niet gewelddadig. Waarom ben je dan ook met hem meegegaan? Nou, als het mij was gebeurd dan had ik… En dat ging maar door. Met deze reacties werd mij opnieuw geweld aangedaan. Ik dacht: niemand gelooft me, ik ben alleen. Ik ging ontzettend aan mezelf twijfelen. Want als niemand dacht dat het erg genoeg was wat mij was aangedaan, was het dan wel écht gebeurd? Was het dan inderdaad wel zo erg? Het was oorlog in mijn hoofd. Vanaf die tijd bleef ik weg van anderen, ik hield mezelf alleen, omdat ik dacht dat ik het niet meer waard was. Ik voelde me vervreemd van de wereld.
Loslaten
Ondanks dat ik veel professionele hulp kreeg, ging het steeds minder goed met me, tot ik bij de crisisdienst terechtkwam. Daar schrok ik enorm van. Hoe heb ik zo diep kunnen zinken? Ik had al jaren therapie, maar was nog steeds niet waar ik zijn moest. En dus ging ik, drie jaar na de verkrachting, vier dagen intern naar PSYTREC voor een intensieve traumabehandeling – mijn vader ging mee. Wat daar gebeurde was bizar: ik ging met ptss naar binnen en ik stapte zonder ptss de deur weer uit. De zwaarte was van me af; het schuldgevoel dat sinds de verkrachting iedere dag op me drukte, kon ik loslaten. Het was alsof ik in de wolken zat. Mijn schuldgevoel was weg! Ineens kon ik de hele wereld weer aan. Toch kwam er niet veel later ook een klap. Nu ik mezelf niet langer iedere dag de schuld meer hoefde te geven, kwamen er andere emoties naar boven, zoals boosheid en verdriet. Die boosheid… dat was nieuw voor me. Ik was nóóit boos. En dan het verdriet dat eronder zat, waar kwam dat vandaan? Het was als rouwen, zo vreselijk overrompelend. Gelukkig kon ik hier goed met mijn therapeut mee aan de slag, en na een jaar rondden we de therapie af. Eindelijk.
Trots op mezelf
Ik weet nu dat het meemaken van een verkrachting niet het einde van een fijn leven hoeft te zijn. Ja, ik heb het heel erg zwaar gehad, en soms nog kan ik verdrietig zijn; ik had mezelf dit niet gegund. Maar ik kan ook blij zijn door wat het me heeft gebracht. Ik leef weer en ben trots op waar ik nu sta. De verkrachting beheerst niet langer mijn bestaan. Ik functioneer, heb een eigen podcast, studeer rechten, en kan weer diepe connecties met anderen maken. De band met mijn ouders is volledig hersteld. Ik heb het geluk gehad dat zij bereid waren om te leren. Hoe werkt seksueel geweld? Welke mechanismes spelen een rol? En wat zijn de gevolgen? Doordat zij zich openstelden en hun best deden om me te begrijpen, wisten we elkaar weer te vinden.
Tegen lotgenoten zou ik willen zeggen: het is heel logisch om jezelf te isoleren, maar je hebt écht iemand nodig. Weet er dat er onder lotgenoten veel warme en solidariteit is. Deel je verhaal met iemand die jou begrijpt; iemand aan wie je niets hoeft uit te leggen. Ga naar zo iemand op zoek, vind elkaar, houd elkaar vast.’
Fleur startte haar eigen podcast, Medusa’s Missie, waarin ze in gesprek gaat met slachtoffers van seksueel misbruik. ‘Ik had zelf heel erg de behoefte om met andere slachtoffers te praten’, zegt Fleur hierover. ‘Maar waar vind je die? We kennen allemaal de statistieken over seksueel geweld, maar wie dan precies die slachtoffers zijn, weet je vaak niet. Omdat er geen lotgenotengroep bij mij in de buurt was, ben ik gaan nadenken: wat kan ik dan wél doen?
Ik kwam op het idee van een podcast. Ik dacht: ik ga gewoon mensen in mijn omgeving vragen of ze over dit onderwerp willen praten. En ja, dat was doodeng. Ineens kon iedereen mijn meest persoonlijke en kwetsbare verhaal horen, en er iets van vinden. Maar ik vond dat het moest. Ik dacht: met volle angst vooruit! Uiteindelijk heeft het enorm empowerend uitgepakt, want de reacties die ik krijg zijn alleen maar positief. Wát een contrast met vijf jaar geleden!
Ik vind het een groot compliment dat lotgenoten hun verhaal met mij willen delen en onderdeel willen zijn van Medusa’s Missie. Samen vormen we een steun voor anderen. Ik krijg veel berichten van lotgenoten die het fijn vinden om naar de podcast te luisteren. Ze herkennen zichzelf in de verhalen en laten zich bijvoorbeeld inspireren om hulp te zoeken. Om op die manier anderen te kunnen helpen, vind ik super fijn.’
Luister hier naar de Podcast Medusa’s Missie.
Heb jij ook een nare seksuele ervaring meegemaakt en heb je hulp of advies nodig?
Neem dan contact op met het Centrum Seksueel Geweld. Wij zijn er voor jou!
Ook tijdens de zomermaanden staan onze hulpverleners voor je klaar om hulp te bieden na een nare seksuele ervaring. Ben je op dit moment in het buitenland en wil je in contact komen met het CSG? Ga dan naar onze chat of bel rechtstreeks met het CSG in jouw eigen woonregio. Ons 0800-nummer werkt namelijk niet vanuit het buitenland. Je vindt het CSG in jouw regio via deze pagina.